Vijf verschillen tussen de nieuwe DualSense en de Xbox series X controller

Microsoft en Sony hebben even geleden hun nieuwe consoles aangekondigd. Op dit moment weten we ook welke knoppen we straks onder onze duimen krijgen om de nieuwste games te spelen. Wij hebben de controllers eens goed bekeken en zetten hier vijf verschillen voor je op een rijtje.

Sony onthulde onlangs haar nieuwe controller, de DualSense. Daarbij kregen we te horen dat er geen rumble technologie centraal verwerkt is, maar dat de schouderknoppen adaptive zijn. Hierdoor zijn trillingen in de triggers te voelen als je games speelt. Daarbij zijn de triggers stroever of juist losser, afhankelijk van de game die je speelt. Het voordeel van Sony’s DualSense is dat ontwikkelaars bij elke game kunnen bepalen hoe de trilfunctie eruit komt te zien in elke situatie. Daarnaast zal de weerstand in de triggers voor een meer authentieke game-ervaring gaan zorgen. Of dit uiteindelijk door de speler zelf aan te passen is, is nog onbekend.

Microsoft heeft in haar Xbox Series X controller de triggers nagenoeg onveranderd gelaten. Het nieuwe design geeft je wel een wat ruwer oppervlak, waardoor je betere grip hebt. De trilfunctie blijft centraal in de controller verwerkt en is, net als de triggers, niet adaptive. Dit heeft als voordeel dat de trilfunctie van de controller eenvoudig is gebleven en er voor ontwikkelaars geen extra moeite gedaan hoeft te worden om dit in hun games te verwerken. Een mogelijk nadeel is dat de schouderknoppen in iedere game hetzelfde aanvoelen, zoals bij de huidige Xbox One controller. Dat kan ten koste gaan van de realistischere game-ervaring.

De controller van de Xbox Series X is in haar ontwerp nagenoeg onveranderd gebleven ten opzichte van de Xbox One controller. Dit zal voor elke Xbox bezitter een vertrouwd gevoel geven, maar dat betekent ook dat er een functie vanuit Sony’s controller niet meegenomen is: de Touchpad. Nu is deze functie ook niet de meest gebruikte functie van de DualShock 4 controller en als deze al gebruikt werd, dan fungeerde deze vaak als een enorme startknop.

De DualSense controller heeft de Touchpad meegenomen vanuit de DualShock 4. Deze knop is op het design na onveranderd gebleven. De grote vraag is of ontwikkelaars deze dit keer wel omarmen en gebruiken als touch-interface of dat we wederom een enorme startknop hebben gekregen.

Een functie die Microsoft en Sony bij hun nieuwe consoles delen is de Create functie. De DualShock 4 en Xbox One controller hadden al een vergelijkbare knop om je screenshots en gameclips te delen of op te slaan, maar in het geval van de DualSense is deze knop aangepast.

Wat de aanpassing van deze knop exact is (op het design na), is nog onbekend. Sony geeft in ieder geval aan dat deze ‘de manier van epische gameplay content met de wereld delen pioniert’. Ook Microsoft heeft aangegeven dat deze knop net wat anders zal werken bij de Xbox Series X, maar hoe exact de werking zal zijn is onbekend.

Om voor- of nadelen van deze knop te noemen is op dit moment dan ook wat voorbarig.

Bij de Xbox One en PlayStation 4 zaten al de nodige aansluitmogelijkheden voor headsets om met je medegamers te chatten. Microsoft heeft dit onveranderd gelaten en haar Xbox Series X controller weer netjes van de bekende aansluitingen voorzien. Het voordeel hiervan is dat je je geen zorgen hoeft te maken of je huidige koptelefoon straks niet de prullenbak in kan.

Sony heeft wel een aanpassing doorgevoerd op dit gebied. De DualSense controller heeft namelijk niet alleen een ingebouwde speaker, maar ook een microfoon. Je hebt straks dus geen headset meer nodig als je met je teamgenoten wil praten. Je huidige headset is daarmee overbodig geworden, al kun je deze wel nog gewoon aansluiten via de 3.5 mm aansluiting op de controller.

Als je geen koptelefoon gebruikt komt er bij de PS5 controller wel een klein nadeel naar voren. Waar je met een headset vaak eenvoudig het volume aan kunt passen of de microfoon even uit kunt zetten, zal dit bij gebruik van de DualSense microfoon en speaker wat omslachtiger werken.

Het laatste vlak waarbij de Xbox Series X controller en de DualSense van elkaar verschillen is de accu. Beide fabrikanten hebben besloten om hun huidige insteek niet te veranderen. Dat betekent dat de Microsoft controller als vanouds met batterijen zal werken en de Sony controller een ingebouwde accu heeft. Voor allebei is wat te zeggen.

Enerzijds loop je met een accu niet de hele tijd met batterijen te slepen, maar anderzijds wordt een accu naar verloop van tijd minder krachtig. Je controller zal dus vaker opgeladen moeten worden tussen het gamen door. Op dat moment is het fijner als je gewoon even een setje AA-batterijen uit de kast kunt pakken en weer een dag of wat vooruit kunt.

Sony’s controller heeft wel het voordeel van een USB-C aansluiting. Via deze aansluiting kan de controller snel opgeladen worden zodat je weer snel door kunt waar je in je game gebleven was. Hoe snel de controller precies opgeladen zal zijn, is nog onbekend.

Dit waren vijf voorname verschillen tussen de DualSense en Xbox Series X controller. Beide controllers hebben zo hun eigen voor-en nadelen, maar onder aan de streep zal het aankomen op persoonlijke voorkeur. Daarnaast zijn nog veel dingen onbekend over de apparaten die waarschijnlijk pas aan het licht komen als we daadwerkelijk met de nieuwe consoles aan de slag kunnen. Al het nieuws rondom de consoles lees je natuurlijk bij ons. Neem bijvoorbeeld dit artikel met al het belangrijke PS5 nieuws er eens bij. Wat vind jij van de nieuwe controllers?