Dark Souls boss fights - de 10 moeilijkste!

Hetgene wat Dark Souls zo bijzonder maakt zijn zonder twijfel de vele memorabele en iconische boss fights die je soms het bloed onder je nagels vandaan halen. Met de komst van Dark Souls 3 in april 2016 is het een goed idee nog eens terug te blikken op de 10 moeilijkste Dark Souls boss fights uit beide games.

Let erop dat vanaf dit punt het verhaal spoilers bevat voor mensen die de Dark Souls games (nog) niet hebben gespeeld. Heb je Dark Souls en Dark Souls 2 nog niet zelf gespeeld en wil je de bossfights doen zonder voorkennis, wat wij ten zeerste aanbevelen, lees vanaf dit punt dan zeker niet verder!

De eerste boss fight in deze special is het gevecht met de Ruin Sentinels. In een kleine ruimte in the Lost Bastille moet je het als speler opnemen tegen drie Ruin Sentinels. Gehuld in bronzen bepantsering en bewapend met een gigantische hellebaard en schild, zijn deze drie Sentinels gevaarlijke en geduchte tegenstanders. Als speler moet je deze drie grote ridders tegelijkertijd bestrijden om verder te kunnen gaan.

Wat hun lengte en hoogte betreft lijken de Ruin Sentinels niet zo snel, maar dat zijn ze zeker wel. Bovendien hebben ze een gigantisch bereik met hun hellebaarden. Dus zelfs als je denkt dat je op een veilige plek staat, is de kans groot dat je alsnog geraakt kan worden door één van de drie. Wat deze boss fight zo lastig maakt is het feit dat het drie tegen één is. Je moet alle drie de Sentinels in de gaten houden en goed kiezen wanneer je enkele klappen gaat uitdelen.

Deze boss fight kun je het beste doen door de Sentinels één voor één te verslaan. Steeds wanneer er eentje doodgaat wordt de bossfight iets makkelijker dus dat is je uitgangspunt bij deze boss fight. Wanneer er uiteindelijk nog maar één over is is het gevecht appeltje eitje, maar tot die tijd is het niet altijd eenvoudig. Vooral op New Game+ en hogere moeilijkheidsgraden is deze boss niet eenvoudig, puur omdat je er tegen drie tegelijk vecht.

Later in de game kom je meer van deze lange ridders tegen, maar die zijn een stuk zwakker in vergelijking met deze Ruin Sentinels. Omdat veel boss fights tegen meerdere bazen tot de moeilijkste gevechten behoren in Dark Souls, horen de Ruin Sentinels zeker thuis in deze top 10.

Een andere boss fight in Dark Souls waar je tegen meerdere vijanden moet vechten zijn de Belfry Gargoyles. Deze vliegende beesten van steen komen tot leven om jou te verbranden of je tot moes te stampen met hun wapens. Omdat je tegen twee van deze beesten tegelijkertijd vecht kan het gevecht al snel wat onoverzichtelijk worden. De Gargoyles zijn genadeloos en bestormen je zonder een rustpauze in te lassen.

Dit gevecht lijkt in eerste instantie misschien wat moeilijk, maar de truc is om er eentje aan te vallen en te wachten tot ze hun aanvallen hebben gedaan. Wanneer deze beesten hun aanvallen hebben gedaan is er kleine opening in hun verdediging waar je gebruik van kunt maken om enkele klappen uit te delen om vervolgens weer in de verdediging te gaan. Als je deze tactiek volgt gaan de Gargoyles al snel tegen de vlakte. Deze boss fight is niet de allermoeilijkste, maar het gevecht kan dus wel onoverzichtelijk zijn omdat je twee tegen één vecht.

Later in Dark Souls II kom je meer van deze beesten tegen, al zijn ze dan minder sterk en ben je zelf al sterker, dus met latere Gargoyles heb je waarschijnlijk minder moeite.

De een na laatste bossfight van Dark Souls II is wederom een twee tegen één gevecht tegen Throne Watcher en Throne Defender. Deze twee loyale ridders zijn nog steeds de verdedigers van de troon van Drangleic. Voordat je bij de laatste baas kan komen moet je dit duo zien te verslaan. En omdat ze met z’n tweeën zijn is dat niet makkelijk.

De tactiek die je moet gebruiken bij deze boss fight is dat je wederom je focust op één baas tegelijkertijd. Mocht je het echt heel moeilijk vinden, kan je natuurlijk ook een summon gebruiken. De summon houdt het duo dan, als het meezit, bezig terwijl jij de twee bazen van achteren kunt aanvallen. De echte Dark Souls fans gaan natuurlijk in hun eentje deze twee bazen te lijf.

Let wel op, want als er te veel tijd tussen het verslaan van de twee bazen in zit, dan kan de verslagen baas weer tot leven worden gebracht door de andere baas. Het beste is dus het duo ongeveer tegelijkertijd te verslaan. Door je op een van de twee te richten en ze ongeveer tegelijkertijd te verslaan kun je al snel deze bazen vermorzelen, waarna je verder kan naar de laatste baas van Dark Souls II.

The Bed of Chaos lijkt in eerste instantie een makkelijke baas. Dit komt omdat de baas zelf maar twee hitpoints heeft. Klinkt makkelijk toch? Niets is minder waar, want de kans is groot dat deze baas je vele keren gaat vermoorden.

Hoewel de baas weinig hitpoints heeft, is The Bed of Chaos een geduchte tegenstander. Dit heeft te maken met het feit dat de baas je met grote, zwiepende aanvallen in de afgrond kan slaan. Ook zakt de grond onder je langzaam maar zeker weg, waardoor je in de afgrond kan vallen. De kunst bij deze boss fight is dus om niet in de afgrond te vallen, wat makkelijker gezegd is dan gedaan.

De zwakke punten van The Bed of Chaos zijn er twee à drie en bevinden zich aan de zijkanten van de baas. Met een enkele aanval is deze zwakke plek kapot en kun je je begeven naar de volgende, mits je niet in de afgrond lazert. Als je in de afgrond dondert moet je immers weer opnieuw beginnen. Bovendien gaat The Bed of Chaos nog wilder om zich heenslaan, waardoor je nog eerder in de afgrond valt.

Omdat veel mensen zich groen en geel ergerden aan het feit dat ze steeds in de afgrond vielen bij deze bossfight hoort The Bed of Chaos natuurlijk wel hier thuis in de top 10.

De laatste boss van Dark Souls. Gwyn is geen makkelijke boss en als je niet weet wat je moet doen of je moet verwachten dan kan hij je behoorlijk verwachten. Hij is snel, halveert je hitpoints met een enkele klap en kan zelf veel schade incasseren. Niet voor niets is Gwyn de eindbaas van Dark Souls.

Als je niet bekend bent met deze baas is de kans groot dat je de eerste paar keren dat je baas probeert te verslaan overrompeld wordt. De baas lijkt dan in eerste instantie moeilijk, maar als je een bepaalde tactiek toepast, is het goed te doen. Wat is deze tactiek dan? De tactiek heeft te maken met de parry mechaniek van Dark Souls, een door weinig mensen gebruikte mechaniek.

Parryen, ook wel het pareren van aanvallen, is de sleutel tot de overwinning in deze bossfight. Met een goedgetimede parry kun je de aanval van Gwyn pareren en zelf toeslaan. Als je deze tactiek blijft herhalen valt Gwyn al snel dood neer en heb je Dark Souls uitgespeeld. De parry techniek is echter wat lastig om te doen en daarom kan je alsnog gek worden van deze baas.

De Smelter Demon is een optionele baas in Dark Souls II. Deze baas is geen makkie. Deze baas is zonder de juiste uitrusting ronduit frustrerend. Ondergetekende is bijvoorbeeld bij deze baas het vaakst doodgegaan in Dark Souls II.

In het begin is de Smelter Demon niet veel meer dan de gemiddelde Dark Souls baas. Zijn aanvallen zijn langzaam maar zeer dodelijk. In het begin is het daarom ook niet zo moeilijk om de baas aan te vallen. Vanaf ongeveer 50% van zijn hitpoints wordt de Smelter Demon echter supergevaarlijk en frustrerend.

Over zijn gehele lichaam ontstaan vlammen en ook zijn wapen wordt doordrenkt met vuur. Dat klinkt misschien niet zo spannend, maar deze vlammen vormen wel het probleem. Je kunt nu namelijk niet meer zijn aanvallen blokkeren omdat je dan schade oploopt van de vlammen. Bovendien ga je langzaam dood als je de baas wil aanvallen, omdat je je verbrandt aan de vlammen op zijn lichaam.

Omdat blokkeren geen optie meer is en je schade oploopt als je de Smelter Demon aanvalt wanneer hij in brand staat, kom je aardig in de penarie terecht. De kunst is dan ook zo snel mogelijk aan te vallen en te hopen dat hij je niet raakt wanneer je aan je estus flask lurkt. Mocht dat je lukken, dan valt de Smelter Demon voor je voeten dood neer en ben je flink wat zieltjes rijker. Al met al een superfrustrerende boss fight.

De gek geworden koning van Drangleic Vendrick is een optionele baas in Dark Souls II. Zonder de nodige voorbereiding is Vendrick een onmogelijke baas om te verslaan. Dit heeft te maken met zijn bizar hoge defensieve waardes en net zo hoge aanvalswaarden. Jij krijgt hem dus niet dood, en hij jou in enkele slagen.

De sleutel om deze baas makkelijker te maken is om enkele Souls of a Giant in je bezit te hebben. Deze souls kun je alleen krijgen als je de verschillende giants in de wereld van Dark Souls II weet te verslaan. Ook kun je een Soul of a Giant krijgen als je de optionele Ancient Dragon boss fight doet. Met vijf van deze souls bij je is het gevecht tegen Vendrick al een stuk makkelijker, maar alsnog is het oppassen geblazen.

Vendrick is langzaam, maar dodelijk. Door achter hem te blijven kun je makkelijker zijn aanvallen ontwijken en zelf schade aanrichten op de koning. Aan het einde van het gevecht word je beloond met zijn ziel en kun je de bepantsering van de koning op een bepaalde plek bemachtigen. Hoewel de baas dus optioneel is, is de beloning voor het verslaan van de koning er wel naar.

Kalameet is een grote zwarte draak en iedereen die de Prepare to Die editie van Dark Souls heeft gespeeld kan zich deze baas wel herinneren. Dit gevleugelde beest heeft meer dan genoeg manieren om je een kopje kleiner te maken. Grote zwiepende aanvallen en een allesverwoestende vuurspuwaanval zijn slechts het topje van de ijsberg van wat deze draak allemaal kan aanrichten. Een levensgevaarlijke baas dus.

Het belangrijkste om in acht te houden is dat je de vuuraanvallen van Kalameet ontwijkt, anders word je levend gegrild door deze draak. Als je deze aanvallen kunt ontwijken en de rest van de aanvallen kan blokkeren of ontwijken kan je deze draak afmaken. Het is echter goed mogelijk dat dat je niet in een keer lukt en meerdere keren doodgaat alvorens je de draak succesvol verslaat.

Net als bij alle andere draken kan je staart van Kalameet proberen af te hakken door deze aan te vallen. Als dat je lukt, krijg je de obsidian greatsword. Dit zwaard is sterk, maar wel moeilijk te krijgen. Mocht je het liefst met tweehandige zwaarden vechten, kan het natuurlijk geen kwaad om extra moeite te doen en de staart van dit monster af te hakken.

Kalameet is een onvergefelijke baas en zonder twijfel een van de moeilijkste. Vandaar dat Kalameet op nummer drie staat.

De een na moeilijkste boss fight uit de Dark Souls game is het gevecht tegen The Four Kings. Zoals de naam al aangeeft vecht je tegen vier voormalige koningen. Deze baas is geen pretje en absoluut een uitdaging. Hoewel het gevecht in eerste instantie begint met een één op één gevecht tegen een van de vier koningen, voegen de andere drie zich als snel bij het gevecht en wordt het al snel dus uiterst moeilijk.

Deze bazen doen zeer, dat kunnen we je garanderen. Als ze met z’n vieren tegenover je staan, is de kans op overleven niet hoog. Je moet dus koste wat kost voorkomen dat alle vier de koningen tegenover je komen te staan. Gelukkig is dat op de normale modus goed te doen.

Omdat je eerst tegen één koning vecht en de andere drie pas later verschijnen, kun je als je snel genoeg bent al één van de koningen vermoorden voordat de andere arriveren. Op deze manier is deze boss fight nog wel te doen. Ben je echter niet snel genoeg, maken de koningen zeer waarschijnlijk gehakt van je.

In de normale modus van Dark Souls is deze fight al lastig, maar op de new game plus modi is deze baas pas echt een verschrikking. Het verslaan van deze baas op alles boven new game plus is een uitdaging van jewelste en absoluut niet weggelegd voor spelers met weinig geduld. Daarom horen The Four Kings op de tweede plaats van moeilijkste Dark Souls boss fights.

Op nummer één van het lijstje staan Dragonslayer Ornstein en Executioner Smough. Hoe kan het ook anders? Deze twee bazen zijn min of meer Dark Souls. Als je denkt aan Dark Souls, denk je aan dit duo.

Dit bazenduo vormt de ultieme uitdaging voor Dark Souls spelers. De twee bazen wisselen elkaar goed af wat betreft snelheid, kracht en reikwijdte. Ornstein is snel en behendig, terwijl Smough langzaam en allesvernietigend is. Samen vormen ze de perfecte eenheid om jou als speler om het leven te brengen.

Ook bij deze boss fight wil je je het liefst richten op één baas tegelijkertijd. Het is misschien het makkelijkst om Ornstein als eerste te vermoorden, maar als je zijn bepantsering na het gevecht wil aanschaffen bij een verkoper dan moet je hem als laatste vermoorden. Hetzelfde geldt voor Smough. Maar let op: als je één van de bazen vermoordt, zuigt de ander alle energie op van zijn dode strijdmakker om zo zelf nog veel groter en sterker te worden.

Omdat de overgebleven baas nog sterker wordt als de ander dood is en omdat ze samen je heel wat keren gaan vermoorden, maakt dit duo de moeilijkste bossfight van de Dark Souls games. Ornstein en Smough zijn min of meer de belichaming van Dark Souls en dat stralen ze aan alle kanten uit. Daarom kan het ook niet anders dat deze twee op de eerste plaats komen.