Star Wars Battlefront Review - Chaotische intergalactische veldslagen!

Eindelijk is onze Star Wars Battlefront Review daar. Wat vinden wij van de nieuwste Star Wars shooter van EA en DICE? Lees onze mening hieronder!

Star Wars is een wereldwijd cultureel fenomeen dat alleen nog maar groter gaat worden als op 16 december de zevende film, The Force Awakens, bij ons in de bioscopen gaat draaien. En wees nou eerlijk, wie heeft er nou niet gefantaseerd om ooit een Snowspeeder te besturen terwijl je een gigantische AT-AT neerhaalt? Of dat je op een Speeder Bike door de dichtbegroeide bossen van Endor vliegt?

Ontwikkelaar DICE heeft voor ons de ultieme Star Wars beleving met deze reboot van de Star Wars Battlefront games. De originele twee Battlefronts van ontwikkelaar Pandemic staan nog in ons geheugen gegrift als klassiekers. Weet deze game net zo’n indruk achter te laten?

We vallen meteen met de deur in huis: Star Wars Battlefront is de mooiste Star Wars game ooit gemaakt. De visuele stijl van de films uit de originele trilogie is met liefde en oog voor detail nagemaakt. Vonken spatten van de muren af als je ze met een blaster raakt, voertuigen zien er net als in de films vies en gebruikt uit en de herkenbare omgevingen van Tatooine, Hoth en Endor zijn op een fotorealistische manier neergezet. Simpelweg rondlopen door een hangar met de Millenium Falcon voelt al vertrouwd en indrukwekkend aan.

Ook qua sound design heeft DICE een mijlpaal bereikt. Alle iconische schietgeluiden uit de speelfilms zijn aanwezig, net als de fantastische muziek van John Williams die de actie een stevige schop in de kont geeft. Ook hier is het oog voor detail duidelijk. Als je bijvoorbeeld een vijandig vliegtuig neerschiet, hoor je de brokstukken neerkletteren op het pantser van jouw X-Wing of TIE Fighter.

Alles bij elkaar is Star Wars Battlefront dus een audiovisueel spektakel waar menig andere game nog een puntje aan kan zuigen. De immersie die bereikt wordt in de game is ongeëvenaard en we kunnen met zekerheid zeggen dat dit de meest authentieke Star Wars game ooit is.

Star Wars Battlefront slaagt met vlag en wimpel erin om een nagenoeg perfecte Star Wars simulator te zijn. Battlefront is exclusief een multiplayer ervaring; een verhalende singleplayermodus ontbreekt (met uitzondering van een aantal training en survivalmissies). Op zichzelf staand geen ernstig gebrek, er zijn tenslotte veel andere games die alleen een multiplayerervaring bieden. Het doet alleen pijn juist vanwege de geweldige presentatie. De potentie voor een epische singleplayer is aanwezig, maar wordt niet gebruikt. En dat is jammer.

Een stuk beter is de aanwezigheid van de lokale co-op survival modus in de game. Hier moet je als een duo rebellen (te spelen met local split-screen!) het overleven tegen 16 golven aan niet-zo-vriendelijke stormtroopers, terwijl je escape pods verdedigt en power ups verzamelt. Survival is niet een bevredigende vervanging voor een singleplayer modus, maar de modus is nog steeds leuk om te spelen met je beste vriend(in).

De trainingmissies zijn alleen veel te kort, makkelijk en niet bepaald interessant. De Battles die je kan doen tegen NPC's zijn iets beter, maar ook deze voelen meer als een tijdelijke afleiding dan een volwaardige modus. Naast survival is er op singleplayer gebied niet veel te beleven. Doet de multiplayer het beter?

Het leeuwendeel van de game bestaat uit de multiplayermodus. In de verschillende modi (Walker Assault, Supremacy, Blast, Droid Run, Hero Hunt, Hero vs Villains, Cargo, Fighter Squadron en Drop Zone) vechten de soldaten van de Empire tegen de rebellen op alle klassieke Star Wars locaties. Deze modi zijn (met uitzondering van Hero Hunt) mede door de goed ontworpen levels spannend en vermakelijk en het Star Wars gevoel is dik aanwezig. Vooral in Supremacy en Walker Assault komt de ware potentie van de game naar boven.

In Walker Assault moeten de rebellen twee torenhoge AT-AT looptanks stoppen voor dat deze het einde van het level bereiken door twee uplinks te activeren. De Empire moet deze uplinks uitschakelen en de rebellen tegenhouden. Supremacy aan de andere hand, is de Battlefront versie van Battlefield’s Conquest modus waarin je contole moet krijgen over 5 punten op de map.

Deze modi zijn spannend en chaotisch en spelen zich af op immense levels waar ontzettend veel te beleven is. We moesten wel glimlachen toen we het veld oprenden met voor ons een levensgrote AT-AT, terwijl er boven ons X-Wings voorbijsnelden in gevecht met TIE Fighters. Dit gecombineerd met de graphics en het geluid gaf ons het echte nostalgische Star Wars gevoel, en dat is niet minder dan episch te noemen.

Walker Assault en Supremacy slagen dus in het overbrengen van het Star Wars gevoel, maar een belangrijk element ontbreekt: het samenwerken. DICE heeft Battlefront meer laten lijken op een Call of Duty dan op zijn eigen Battlefield games, waardoor modi die vooral op objectives gebaseerd zijn frustrerend worden. Er is namelijk geen enkele vorm van communicatie mogelijk met je teamgenoten; teamspeak is niet aanwezig, er zijn geen classes die andere spelers kunnen ondersteunen en er kunnen ook geen generieke commando's gegeven worden.

Dit zou in een Call of Duty geen probleem zijn, maar is dat hier wel omdat de gehele game gebaseerd is op de op teams gebaseerde gamemodi. In de andere modi als Cargo (Capture the Flag) en Blast (Team Deathmatch) is dit probleem gelukkig niet aanwezig. Deze modi vereisen niet veel communicatie of samenwerking en zijn daarom een stuk makkelijker.

Enfin, als de multiplayer interessant genoeg is, dan is het ontbreken van samenwerking en een singleplayer vergeven. Helaas is Star Wars Battlefront een té simpele shooter die door een gebrek aan content en variatie je aandacht niet lang vast zal houden. De grootste zonde die Star Wars Battlefront begaat is dan ook dat de game snel repetitief wordt. Dit komt deels door het gebrek aan teamwork en strategie, maar vooral door het gebrek aan content. De vier planeten waarop je oorlogje speelt zijn stuk voor stuk goed ontworpen en ze zien er fantastisch uit. Het probleem is alleen dat er te weinig van zijn, waardoor je constant dezelfde maps speelt. Walker Assault heeft maar vier maps bijvoorbeeld.

Daarnaast houdt de game ook je interesse niet lang genoeg vast vanwege het teleurstellende progressiesysteem. Na het spelen van een match krijg geld en punten waarmee je levelt. Levelen gaat op een rap tempo, maar de game voorziet je niet van genoeg waardevolle unlocks om het interessant te houden. Als je level 25 hebt bereikt, heb je nagenoeg alle perks en alle 11(!) wapens vrijgespeeld. En dat terwijl je nog doorgaat tot level 45.

Vergelijk dit met DICE’s eigen Battlefield 4 waar je bijna elke match wel een nieuw wapen, wapenonderdeel of ander klein hebbedingetje vrijspeelt, en dan vragen we ons echt af waar het hier misging. Elf wapens en het aantal maps is gewoon veel te weinig, zeker gezien de wapens ook niet aangepast kunnen worden.

Dit geldt ook voor jouw speelbare personage. We geven DICE een schouderklopje vanwege het gevarieerde etnische aanbod van de personages, maar daar is dan ook alles mee gezegd. Het pantser van Stormtroopers kan niet aangepast worden, en ook de rebellen hebben tot aan level 40 geen waardevolle customization.

De geniale audiovisuele productie van Star Wars Battlefront is een technisch hoogstandje, maar het kan de middelmatige shootergameplay niet verdoezelen. Er is niks mis met een simpele shooter, begrijp ons niet verkeerd. Maar Battlefront is té simpel om je aandacht voor een langere tijd vast te houden. Ook het gebrek aan content en een belachelijk dure Season Pass doen de game geen plezier.

Toch is Star Wars Battlefront zeker de moeite waard voor alle Star Wars fans, al is het alleen maar vanwege alle fanservice in de game. Als je op zoek bent naar een mooie Star Wars game waar je weinig moeite in hoeft te stoppen voorziet deze game prima. EA en DICE spelen alleen wel met vuur, en als Battlefront II niet genoeg verbetert zullen we minder vergevingsgezind zijn. In de woorden van Darth Vader: “I hope so, for your sake. The Emperor is not as forgiving as I am.”