Dragon Ball Z: Battle of Z Review

Review
zondag, 02 februari 2014 om 17:00
xgn google image
In navolging van Dragon Ball Z: Battle of Gods, de eerste film van Goku en zijn vrienden sinds zeventien jaar, komen de makers van Artdink op geen denkbaar beter tijdstip met een nieuwe Dragon Ball-game op de proppen: Battle of Z, een vanaf de grond opnieuw gebouwd deel. De hamvraag is of het de zure nasmaak van het Kinect-deel en van Ultimate Tenkaichi kan wegpoetsen.
Dragon Ball Z is dankzij de nieuwe film en dankzij de geremasterde Kai-afleveringen weer tot bloei gekomen. Maar op het gebied van games staan de vechters met de voeten in de modder. Na Burst Limit is er gewoonweg geen Dragon Ball-game meer op de markt gekomen die een aanschaf waard was. Nu was Burst Limit niet perfect vanwege een pover aanbod van content, maar het deed tenminste nog het meeste eer aan de televisieserie. Wonder boven wonder trok Namco de stekker uit Burst Limit en ging het verder met Raging Blast dat, zoals verwacht, compleet flopte.
De taak aan Battle of Z om de oude, succesvolle tijden weer te herleven. Het is naar verluidt de laatste Dragon Ball-game op de PlayStation 3 en Xbox 360. De makers van Artdink, die in hun verleden helaas geen noemenswaardige titel hebben ontwikkeld, stelden vooraf als doel om een zo natuurgetrouwe Dragon Ball-game te maken. Dat betekent: haarscherpe graphics, bekende en kleurrijke omgevingen en een zo hoog mogelijk vechtersaantal. Ook was het doel om het anders te doen dan hun collega’s. Niet één tegen één gevechten moesten centraal staan, maar gevechten in teamverband. Net als Tag Team voor op de PSP indertijd, maar dan beter afgewerkt.
Dragon Ball Z: Battle of Z

Simplistische speelstijl

Gevechten waarbij meer dan twee vechters in een driedimensionale omgeving rondvliegen, zijn eerder regel dan uitzondering. Zelfs in de verhaalmodus, waarbij jij als speler belangrijke gebeurtenissen uit de serie nog eens herbeleeft. Wat te denken van het gevecht tegen Vegeta in de Saiyan-saga, waarbij Gohan, Krillin en Picollo het opnamen tegen de chagrijnige Saiyan in aap-vorm. Dat gevecht beleef je opnieuw, waarbij de computer in de huid van de andere vechters kruipt. Het is even wennen door al de chaos op het scherm, maar op zich werkt het prima. Punt van kritiek is dat de kunstmatige intelligentie van een bedroevend niveau is.
Zonder reden staan de karakters plots stil en staan ze suf voor zich uit te staren. Eigenlijk ben jij alles aan het doen en wordt het nut van dit soort groepsgevechten niet helemaal duidelijk. De missies zijn kennelijk expliciet ontworpen voor online gevechten, dat wordt wel duidelijk. Sowieso heeft het verhaal weinig om het lijf en zijn de gevechten tegen de Vegeta-aap één van de weinig noemenswaardige gebeurtenissen. Battle of Z wordt na verloop zelfs saai, en helaas komt dat niet alleen door de gezapige singleplayer.
Nee, de manier waarop Artdink de speelstijl heeft ontworpen, is bedroevend. Waar je in vorige DBZ-games wordt uitgedaagd om met gecompliceerde combinaties te komen, hier wordt je eigenlijk alles voorgekauwd.
Dragon Ball Z: Battle of Z
Wat blijkt: bijna alle aanvallen zijn met één knop uit te voeren. Er zijn geen hoge of lage kicks of punches, geen knoppencombinaties die voor een Super Kamehameha zorgen. Nee, je bent continu op dezelfde knop aan het rammen, of je nu energieballen afvuurt of er simpelweg erop los ramt. Deze simplistische vechtstijl zorgt ervoor dat je snel op Battle of Z raakt uitgekeken.
Je kunt daarnaast niet je krachtmeter opladen of transformeren tijdens de gevechten, dingen die Dragon Ball al jarenlang kenmerken. Een totaal van 67 personages klinkt misschien veel, maar hier zitten dus veel transformaties tussen. Daardoor is het aanbod opeens een stuk minder aantrekkelijk.

Géén lokale multiplayer

Kijken we naar de online gevechten, dan zijn deze eigenlijk ongeveer hetzelfde als in de singleplayer. Ook hier ren en vlieg je rond in immense, driedimensionale omgevingen. Toegegeven, Battle of Z ziet er fantastisch uit dankzij scherpe en gedetailleerde karakters en een uitgebreid kleurenpalet. De actie komt indrukwekkend over en wordt op grote schaal onder een keurige framerate gevochten. Visueel is Battle of Z misschien wel de mooiste Dragon Ball-game ooit. Helaas vallen de vechtmechanieken ook online tegen. Spelers zijn niets anders aan het doen dan hersenloos op knoppen rammen om zo het snelst hun actiemeter gevuld te hebben.
Om het gevoel van samenwerken te vergroten, zitten er in Battle of Z een aantal speciale aanvallen die je in samenwerking met je team kunt inzetten. Leg je na verloop van tijd het loodje, dan kunnen je collega's je weer reviven. Helaas veranderen deze elementen niets aan het gezapige karakter van de gevechten. Je merkt dat iedereen voor zichzelf speelt en dat het voortdurend aan tactiek ontbeert. Soms is de chaos zelfs niet meer te overzien en schiet de camera derhalve alle kanten op, Als je je aan dit alles weinig stoort, pas dan kun je best wel plezier beleven aan Battle of Z.
Zo zijn de vier-tegen-vier gevechten behoorlijk bombastisch en zitten ze bomvol met actie. De belangrijke gebeurtenissen uit de televisieserie zijn ook best leuk om coöperatief mee te maken. De keuze om de lokale multiplayermodus er in zijn geheel uit te laten werkt met het oog op de competitieve karakter dan weer erg verwarrend. Voor een fighter is het weglaten van een dergelijk belangrijke modus eigenlijk zelfs onvergefelijk. Het is te zot voor woorden dat je per se online moet als je tegen andere mensen een potje wil beuken.

Genadeloos afstraffen

Alles bij elkaar genomen is Battle of Z de slechtste Dragon Ball-game sinds lange tijd. Het spelen van de game is zó saai dat zelfs het doorlopen van belangrijke gebeurtenissen uit de serie niet eens meer leuk is. Doordat de makers een aantal fundamentele dingen hebben weggelaten (zoals transformaties, knoppencombinaties, lokale multiplayer) mag Battle of Z zich eigenlijk geeneens een fighter noemen. Dat het visueel gezien de mooiste game van de serie is en de groepsgevechten beter zijn uitgewerkt dan in Tag Team, maakt dan eigenlijk niet eens zoveel meer uit.
Cijfer: 4