Het is wellicht nu al één van de grootste games van 2011, en ook de meest gewilde game onder menig RPG-liefhebber. Dragon Age II is de opvolger van Dragon Age: Origins, een spel van BioWare dat
enorm gewaardeerd werd. De wereld van Dragon Age heeft veel gamers geïmponeerd en dus zijn de verwachtingen van deel twee hoog. Kan het nu alleen nog maar tegenvallen?
Op zichzelf komt Dragon Age II erg snel na Origins. Laatstgenoemde verscheen eind 2009 en de uitbreiding hierop, genaamd
Awakening, is ongeveer een jaar geleden verschenen. Maar BioWare weet dat het onder tijdsdruk kan werken en dus kunnen we van Dragon Age II een geheel nieuwe game verwachten. Een volledig nieuw verhaal, met een nieuwe held. Zit je al te smullen?
Van Ferelden naar Kirkwall
Gelukkig verruil je het verhaal uit Dragon Age: Origins en Awakenings niet helemaal in voor een nieuw verhaal, in een nieuwe wereld. Integendeel zelfs. Alles dat is gebeurd in Dragon Age: Origins, zie je terug in deel twee. Mensen praten over de gebeurtenissen, over de held (die jij speelde in Origins), over de koning en over nog veel meer dingen uit de vorige games. Een leuke toevoeging die BioWare hieraan heeft gekoppeld is de mogelijkheid om je savegame uit Origins naar Dragon Age II te importeren. Alle keuzes die je in Dragon Age: Origins hebt gemaakt, zullen in dit geval weer invloed hebben op de dingen die je in dit tweede deel tegenkomt.
Maar wees niet bang. Ook als je het eerste deel niet hebt gespeeld, kun je het verhaal in het tweede deel prima volgen. Aan het begin van het spel kun je namelijk drie globale eindes uit Origins kiezen, waar het verhaal in Dragon Age II dan op zal voortborduren. Maar heel veel impact hebben de keuzes niet, aangezien het spel zich in een geheel nieuwe wereld afspeelt. Jij bent Hawke, een inwoner van Lothering in Ferelden. Maar niet lang meer. Door de zogenaamde Blight zijn er namelijk massaal darkspawn troepen aangekomen die de wereld van Ferelden willen overnemen. Jij vlucht met je broer, zus en moeder, naar Kirkwall, gelegen in de Free Marches.
Zo ontkom je aan de gebeurtenissen uit Dragon Age: Origins, terwijl je je leven opbouwt in Kirkwall. In deze stad spelen zich nogal wat zaken af waar jij een poot tussen moet zien te krijgen. Net als in Origins krijg je te maken met verschillende quests, waarbij constant de vraag wordt gesteld: welke kant kies jij? Wat zou jij doen in de ene situatie, en wat in de andere? Constant ben je bezig met het maken van keuzes, en die hebben allemaal invloed op de rest van het spel.
Identiteitscrisis?
Het steeds weer moeten kiezen is wat Dragon Age II zo mooi maakt. Je moet, want twijfelen is geen optie. Zo zorgt BioWare ervoor dat je constant bij het verhaal betrokken bent, omdat jij het verhaal in principe zelf vormgeeft. Het is typisch Dragon Age. Net als Kirkwall, een prachtige grote stad waar van alles te doen is. De ene keer moet je een weduwe zien te helpen, de andere keer moet je iemand vermoorden. Kirkwall is zeker niet het Lutjebroek in de wereld van Dragon Age.
Maar deel twee verschilt sterk van Dragon Age: Origins. Zo is de gameplay enorm veranderd. Waar in deel één het tactische aspect een tamelijk grote rol speelde, is dit in deel twee verdwenen. En dat is erg jammer. Het is namelijk veranderd in meer actie, meer gruwelijkheid en bloed (wat ik dan overigens weer wel een heerlijke verbetering vond) en meer hersenloos op je knoppen drukken. De gameplay is niet meer wat het was. Door het enorme hoge actiegehalte lijkt het spel steeds meer op Fable, en niet meer op het Dragon Age dat we kennen.
Toegankelijker
Heeft BioWare hier bewust voor gekozen? Ja. Het bedrijf wilde het spel voor meer spelers toegankelijk maken. Dat zie je ook op het scherm. De menu’s zijn veel overzichtelijker, je inventaris is niet meer zo’n ongeorganiseerd zooitje; het zijn allemaal fijne toevoegingen. Door ook de gameplay wat simpeler te maken, kunnen de meeste mensen het spel eenvoudig spelen. Het gevaar is echter dat het wat eentoniger wordt, en dat is bij Dragon Age II inderdaad soms het geval. Maar zo erg is dat ook weer niet. Het werkt allemaal namelijk gewoon erg goed en over de gameplay kun je dan ook moeilijk klagen. Het is alleen niet wat je gewend was van Dragon Age: Origins, en dat kan pijn doen als liefhebber van het eerste deel. Een identiteitscrisis voor Dragon Age II? Misschien.
Toffe verbeteringen
Het toegankelijker maken van Dragon Age II heeft wel zijn vruchten afgeworpen. Zo zijn je attributen en specialisaties niet meer zo complex als eerst. En is het verdelen van je verdiende punten bij een 'level-up' nu wat overzichtelijker geworden, waardoor het voor jou makkelijker is om te kiezen welke kant je op wil gaan als bijvoorbeeld een tovenaar (mage).
En ook de interactie met je compagnons is een stuk beter geworden. Waar je in deel één op elk moment je medereiziger kon aanspreken, moet je in deel twee wachten op een geschikt moment. Dus niet meer telkens om het half uur kijken of Morrigan (uit Dragon Age: Origins) nu meer zin in seks heeft, maar gewoon wachten tot er een quest komt waar je op bezoek moet komen bij je vriend of vriendin. Hierdoor komt het allemaal wat spannender, spontaner en onverwachts over. Zeker een goede verandering.
Kirkwall is een leuke stad
En hoe zit het met de wereld van Dragon Age II? Nou, die wereld is niet zo uitgebreid. Het spel speelt zich voornamelijk rond Kirkwall af, met hier en daar wat gebieden in de buurt van de stad die je kunt bezoeken. Het is heel anders dan je gewend bent, maar op zich is het ook wel fijn. Dus geen continent dat je helemaal af moet reizen, maar gewoon Kirkwall. Het spel is hierdoor wat kleiner geworden – Dragon Age II speel je in zo’n veertig uur uit, Dragon Age: Origins in zo’n zeventig uur – maar dat is helemaal niet erg. De stad is namelijk erg levendig, en je voelt dat je echt inwoner bent. Mensen praten over de gebeurtenissen, en soms moet je ook even kletsen met de plaatselijke dronkenlap. Wellicht heeft hij nog een opdracht voor je. Je weet het maar nooit.
Bloed, bloed en nog eens bloed
En hoe ziet de stad Kirkwall eruit? Zoals eerder aangegeven is het een prachtige, grote stad. Grafisch gezien ziet het er ook erg mooi uit. En dat is ook zo met de rest van het spel. Waar Dragon Age: Origins een klein beetje faalde op grafisch gebied, is dat in deel twee helemaal verbeterd. Het ziet er niet allemaal levensecht uit, maar de personages, gebouwen en omgeving zijn op een mooi eigen stijltje vormgegeven.
Dan heb je ook nog dat bloed, het spel zit er propvol mee. Doordat de actie in Dragon Age II veel spectaculairder is geworden, zie je bloed alle kanten op vliegen als je aan het vechten bent. Ledematen die worden afgesneden, darmen die worden uitgerukt; het zorgt allemaal voor veel bloed. Mensen die van gore houden, hebben in ieder geval een hemel ontdekt en dat is Dragon Age II.
Het bloed dat overal op je scherm spat wordt ook nog vergezeld door fijne geluiden. Hoe tof is het om te horen hoe iemand een zwaard door zijn gezicht krijgt? Juist. Het spel is een spektakel op het gebied van bloed en geluid, en dat is maar goed ook voor een game als deze. Daarnaast heb je ook nog een fijn achtergrondmuziekje die de sfeer op een passende wijze neerzet.
De role-playing game van het jaar?
Heeft Dragon Age II alle verwachtingen ingelost en is het zo dé role-playing game van het jaar geworden? Nou, daar valt over te discussiëren. In ieder geval is wél zeker dat Dragon Age II een totaal andere weg is ingeslagen en dat kan teleurstellend zijn voor sommigen. Qua gameplay is het meer Fable dan Dragon Age geworden, wat opzich ook positief geïnterpreteerd kan worden. Helaas wordt het spel door die gameplay wat eentoniger, en dat is erg jammer in zo’n mooie stad als Kirkwall. Het verhaal is namelijk weer leuk, met name dankzij de vele verwijzingen naar het vorige spel. De quests, het bloed, de veranderingen: dat valt allemaal goed in de smaak. En daarom is de game een aanrader, ook al is het een beetje jammer dat Dragon Age II niet is geworden wat vele mensen gehoopt hadden: de perfecte opvolger van Dragon Age: Origins.
Cijfer: 8